Katalytische oxidatie

Wij zetten al sinds midden jaren ’90 katalytische oxidatie als luchtzuiveringstechniek in, uiteraard afhankelijk van de aard en ernst van de te zuiveren dampstromen. Klassieke verbrandingstechnieken oxideren de dampstromen op een temperatuur van rondom 800 à 900 oC. Bij katalytische oxidatie worden de dampen door middel van een katalysator op een lagere temperatuur geoxideerd, rondom 400 à 500°C. Dit heeft als voordeel dat minder energie nodig is dat er door warmte-uitwisseling tussen in- en uitstromende dampstroom sneller sprake is van een autotherm oxidatieproces. Katalytische oxidatie-units worden vaak ook aangeduid als Katox of Katox-units.

Bij oxidatie van gechloreerde koolwaterstoffen betekent de oxidatie op een lagere temperatuur ook dat er geen gevaar is voor dioxinevorming. Wanneer gechloreerde koolwaterstoffen met een Katox worden behandeld, dienen de vrijkomende zoutzuren geneutraliseerd te worden door middel van een quencher/scrubbing-unit. Als sprake is van sterk fluctuerende pieken in de inkomende dampstroom is het verstandig om voor de Katox een peak-shaver of ‘Glätung’ te plaatsen. Dit kan zijn in de vorm van een zeolietfilter, actief kool filter of een scrubber met wasolie.

Kijk op de website van de rijksoverheid voor meer informatie.