Thermische in-situ saneringskennis ingezet voor aanpak van Japanse Duizendknoop

Home> Thermische in-situ saneringskennis ingezet voor aanpak van Japanse Duizendknoop

Het afgelopen jaar heeft HMVT met succes een in-situ thermisch bodemsanering “light” project in Nederland uitgevoerd. Bij dit project zijn meer dan 6.000 kg gechloreerde oplosmiddelen uit een omvangrijke onverzadigde zone verwijderd. Bij het project hebben we de onverzadigde zone verwarmd door een injectie van hete lucht naar een gemiddelde temperatuur van 70 graden Celsius. Om een ​​gesloten cirkel te creëren en de gechloreerde oplosmiddelen te verwijderen, hebben we ook bodemlucht onttrokken via een reeks extractiefilters. Het systeem werd bewaakt door verschillende temperatuursensoren en functioneerde 24/7, bestuurd door een PLC/telemetrisch systeem. Regelmatig werden bodem- en bodemluchtconcentratieniveaus gecontroleerd.

We noemen deze aanpak een thermisch “light” project, omdat het een relatief eenvoudige en kosteneffectieve manier is om een ​​klassiek bodemluchtextractiesysteem te verbeteren zonder dat de temperatuur in de bodem extreem hoog wordt.

We gaan nu testen of bodems waarin de Japanse duizendknoop voorkomt kunnen worden behandeld met deze hetelucht-injectietechnologie. De Japanse duizendknoop is een invasieve plant die heel moeilijk te vernietigen is, die erg agressief groeit en ook in staat is om allerlei soorten infrastructuur te vernietigen. Het is een plant die serieus moet worden gecontroleerd. Op dit moment is er nog geen (kosten-) effectieve methode om dit te beheersen.

Hetelucht-injectiesysteem

Het is bekend dat de plant verwarming van de bodem niet zal overleven boven een temperatuur van ca. 60 oC gedurende meerdere dagen. We hebben met succes getest of het hetelucht-injectiesysteem de bodem vanaf het oppervlak tot ca. 1,5 diepte voldoende kan opwarmen. Dit is gelukt, het volgende grootschalige testproject is een hetelucht-behandeling van een depot grond, met ca. 500 m³ grond vervuild met Japanse duizendknoop. Deze test zal worden uitgevoerd in samenwerking met de Universiteit van Wageningen en zal – indien succesvol – hoogstwaarschijnlijk worden gevolgd door andere depot- of in situ behandelingen.

Meer informatie?

Neem contact op met Ted Vendrig of Paul Verhaagen